Eind jaren ’50 stapt het bedrijf in de betonmortelproduktie. De jongere generatie ruikt haar kansen. De energie waarmee ze er tegenaan gaat, schept een sfeer van optimisme. Aan deze stemming zijn de goede bedrijfsresultaten uit die periode mede debet.
Met de handel in bouwmaterialen op meerdere werven, de sintelsteenfabriek, ofwel de lichtbetonfabriek, in Halfweg, de kalkmortelproductie van de EAKB aan de Luchtvaartstraat in Amsterdam-West, een betonwarenindustrie in Geertruidenberg en de betonmortelfabricage op de werven in Buiksloot, in Halfweg en aan de Luchtvaartstraat krijgt het bedrijf al echt het karakter van een “concern”, met een “concernorganisatie”. Maar de organisatie wordt rommelig. Er is onvoldoende afstemming; er wordt hard gewerkt, dat zeker, maar het lijkt er soms op of iedereen maar wat doet. Een op handen zijnde reorganisatie wordt keer op keer uitgesteld.
In deze periode wordt de eerste aanzet gedaan tot groei van de privévermogens van de Van Baarsen personen die in het bedrijf werken. De oudste van de drie broers, Nico, kan zich met deze ontwikkeling niet verenigen. En er spelen meerdere kwesties tussen de drie families. Uiteindelijk komt het tot een breuk. In 1966 wordt Nico uitgekocht. De zojuist geheel vernieuwde lichtbetonfabriek in Halfweg wordt bij die gelegenheid overgedragen aan Van Baarsen – Egas.